, [], Whether the judicial precepts regarding foreigners were framed in a suitable manner?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Petrus, [32]den mond opendoende, zeide: [33]Ik verneem in der waarheid, dat God [34]geen aannemer des persoons is; 32. Van deze manier van spreken zie de aantekeningen Matth.5:2. 33. Dat is, bevind, begrijp. 34. Dat God niet ziet op de uiterlijke gelegenheid der mensen, dat iemand hem zou aangenaam zijn omdat hij een Jood of Grieks is, arm of rijk, edel of onedel: Gal.5:6, en Gal.6:15; Kol.3:11. En hier wordt inzonderheid gezien op de tijden des Nieuwen Testaments, in hetwelk het onderscheid van de Joden en heidenen, en dienvolgens ook van de werking des Heiligen Geestes in het ene volk meer dan in het andere, door de komst van Christus is weggenomen, gelijk blijkt uit vs.35.